Terug in de tijd

28 maart 2019

Terug in de tijd

Nu we terug zijn op het noordelijk halfrond, gaat de klok in rap tempo achteruit. Op dinsdag de 26e  was de klok al 2.5 uur terug in vergelijk met Singapore (waar we de klok overigens een uur voorwaarts hadden moeten zetten!). Omdat de klok drie nachten achter elkaar achteruit gezet moest worden, kregen we enigszins het gevoel van een jetlag. Om een uur of vijf wakker worden was het (nogal vervelende) effect! Het tijdsverschil met Nederland was in Sri Lanka op de 27e nog maar 4.5 uur, wat het contact met het thuisfront wat eenvoudiger maakt (temeer daar in Europa de zomertijd  komend weekend begint!) 
Door de lezing van zondag jl. over de eerste migratiestromen van de mensheid vanuit Afrika over de rest van de toen bekende wereld (miljoenen jaren geleden!)  werd dit gevoel van ‘terug in de tijd’ enorm versterkt. Tijdens de grote volksverhuizingen hebben die mensen duizenden kilometers afgelegd om o.a. in Zuid-Oost Azië  ‘thuis te komen’.
Gastspreker, Barry Dryer, vervolgde de maandag daarop zijn serie lezingen door nader in te gaan op de ‘Pot Pouri van Beschavingen’ in Sri Lanka.  Eindeloze oorlogen tussen kleine koninkrijkjes volgden elkaar op het eiland op, waarna uiteindelijk in de 16e eeuw de Portugezen erin slaagden Sri Lanka te veroveren. In de 17e eeuw namen de Nederlanders de bezetting over. De VOC heeft hier veel specerijen en (Ceylon!)thee vandaan gehaald. Na 140 jaar (rond 1800) hebben de Engelsen gebruik/misbruik gemaakt van ons gebakkelei met de Fransen en de macht op Sri Lanka overgenomen. Sinds de onafhankelijkheid in 1948 heeft het land geprobeerd zijn democratie te handhaven, maar de binnenlandse conflicten tussen o.a. Tamils en Moslims maakten dat niet eenvoudig. De strijd met de Tamiltijgers heeft zelfs tot 2009 geduurd! De laatste tien jaar leven de verschillende culturen vreedzaam naast elkaar en maakt het land een razend snelle ontwikkeling door. Nog maar 2% van de bevolking schijnt analfabeet te zijn!?

Woensdagmorgen kwam ons schip om 6.00 uur aan in Colombo. Wij hadden een excursie naar o.a. Galle – dat op de Werelderfgoedlijst staat - geboekt.
Per bus vertrokken we om 7.45 uur vanuit de haven van Colombo naar de vestingstad Galle, een tocht van zo’n 120 km.
Colombo is een vreselijk drukke stad. Veel van de 5.6 miljoen (!) inwoners van deze stad zijn afstammelingen van Arabische immigranten uit de tiende tot veertiende eeuw. Daarna is er een  ‘melting pot’ van volkeren/culturen ontstaan. Overal kun je katholieken, joden, boeddhisten, hindoes en moslims (en de daarbij horende godshuizen!) tegenkomen.  Kleurrijke traditionele kleren en moderne spijkerbroeken bepalen het straatbeeld. 
Het verkeer is verschrikkelijk. Tuktuks, bussen, vrachtwagens en auto’s zijn met elkaar in strijd om een stukje van de – doorgaans zeer smalle – weg te bemachtigen. Onze buschauffeur reed als een gek en won de strijd dus meestal. Dit vaak ten koste van de tuktuks! 
Toen we Colombo eenmaal uit waren, hebben we zeker twee uur lang kunnen genieten van een prachtig landschap. Palmbomen, rubber- en theeplantages en rijstvelden wisselden elkaar af. Sri Lanka kent heel veel rivieren en meren, dus aan water geen gebrek. Irrigatie is dan ook geen enkel probleem. Wat ik op Bali kwijt was, heb ik in Sri Lanka teruggevonden: heel veel groen (waarin buffels - vergezeld door ibissen - vredig staan te grazen).
Galle is waarschijnlijk een verbastering van het Singalese woord ‘gala’ dat stopplaats betekent (waarbij sommigen er de voorkeur aangeven de naam te herleiden tot het Portugese woord voor haan!). Zelfs de Romeinen kenden deze natuurlijke haven al en stopten hier om specerijen in te kopen. 
In de zestiende eeuw hebben de Portugezen er een fort gebouwd. De Nederlanders hebben dat in 1663 ‘overgenomen’ en vergrootten en versterkten het tot de omvang die het nu nog heeft. Het is een indrukwekkend complex met zijn metersdikke muren, zware bastions en kazernes. In het stadje zelf is – net zoals op diverse plekken in Indonesië - de Nederlandse bouwstijl te herkennen. Er zijn een Hervormde kerk (uit 1754), een ziekenhuis, een vuurtoren en een pakhuis terug te zien. In de kerk waren veel Nederlandse graven. Ik vind het altijd bijzonder om zo ver van huis ineens oerhollandse namen als Van Wijk en De Leur tegen te komen. Het ziekenhuis is prachtig gerestaureerd en daar hebben allemaal kleine winkeltjes en trendy restaurants een plekje gevonden. Oud en nieuw, verleden en heden worden zo op een mooie manier verenigd.
We waren zeer onder de indruk van verhaal over het ondergrondse rioleringssysteem dat ‘wij’ gebouwd hebben. Dit werd - heel vernuftig! - tweemaal per dag doorgespoeld door het getij. Tot voor kort maakten  de kustplaatsen nog steeds gebruik van dit principe!
Op de terugweg zijn we gestopt bij een zeer chique hotel, waar ons door prachtig geklede mannen en vrouwen een verrukkelijke, zeer uitgebreide maaltijd met een werkelijk overheerlijk (Lion)biertje geserveerd werd. In Sri Lanka weet men wat een hongerige en dorstige reiziger toekomt! Een prachtig uitzicht op de baai bij Galle maakte het helemaal volmaakt. 
Verder stond er nog een bezoek aan een theeplantage op het programma. We werden daar – in zeer onverstaanbaar Engels – geïnformeerd over het gehele proces van de (daar nog handmatige) pluk van theebladeren. Ook konden we daar wel veertig soorten thee proeven. Bovendien hebben we op diezelfde plantage een stukje van het ‘kaneelproces’ gezien..Met de hand schrapen arbeiders de schors van een grote (kaneel)stengel. Hoe deze lange, dunne repen schors vervolgens in het bekende kaneelstokje veranderen, vertelt het verhaal niet. 
Zeker een uur later dan de bedoeling was,  kwam onze groep bestaande uit ongeveer twintig mensen bij de MS Amsterdam aan. We waren de laatsten die aan boord kwamen en daarna kon het schip eindelijk vertrekken. Gelukkig  wordt er altijd op je gewacht!

Gerrit en Ellen

Foto’s

1 Reactie

  1. Lilianne Delhaije:
    28 maart 2019
    Prachtig verhaal, en hardstikke leuke fotoos! We genieten mee😘, JenL